Vragen van het lid Piri (GroenLinks-PvdA) aan de Ministers van Justitie en Veiligheid, van Buitenlandse Zaken en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over Israëlische spionage- en intimidatiecampagne tegen het Internationaal Strafhof (ingezonden 30 mei 2024).

Antwoord van Minister Bruins Slot (Buitenlandse Zaken), van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) en van Minister De Jonge (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 20 juni 2024).

Vraag 1

Bent u bekend met de berichten «Revealed: Israeli spy chief «threatened» ICC prosecutor over war crimes inquiry» en «Spying, hacking and intimidation: Israel’s nine-year «war» on the ICC exposed» van The Guardian i.s.m. de Israëlische media +972 Magazine en Local Call, d.d. 28 mei 2024?12

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Herkent u het beeld, op basis van informatie bekend bij uw ministeries en de Nederlandse inlichtingendiensten, dat Israël al jaren een spionage- en intimidatiecampagne voert tegen het Internationaal Strafhof en getuigen bij onderzoek naar oorlogsmisdaden begaan op Palestijns grondgebied? Zo nee, wat herkent u niet?

Antwoord 2

Nederland is zich als gastland van het Internationaal Strafhof (ISH) terdege bewust van de gevaren van externe beïnvloeding en inmenging waar zowel het Hof, zijn gekozen ambtsdragers en medewerkers, als de door het Hof als zodanig aangewezen getuigen mee worden geconfronteerd. Dergelijke gevaren zijn ook geenszins een uniek kenmerk van het onderzoek naar de situatie in de bezette Palestijnse Gebieden.

In zijn algemeenheid kan gezegd worden dat ten aanzien van eventuele inmengingsactiviteiten van buitenlandse actoren, de betrokken ministeries in nauw contact staan met de opsporingsdiensten, inlichtingen- en veiligheidsdiensten om deze te onderkennen, te duiden en waar nodig en mogelijk maatregelen te treffen. Het kabinet ziet dergelijke activiteiten als een vorm van ongewenste buitenlandse inmenging en vindt dit volstrekt onwenselijk. Er is doorlopend contact met het ISH waarbij ook verschillende veiligheidszorgen aan de orde komen. Uit veiligheidsoverwegingen kan er niet in detail worden getreden over de aard van deze besprekingen of de specifieke zaken die daar aan de orde komen.

Vraag 3

Hoe gaat Nederland als gastheer van het Internationaal Strafhof (ICC) bevorderen en waarborgen dat aanklager Khan en de rechters van het Hof, die zich momenteel buigen over de arrestatiebevelen tegen drie Hamas-kopstukken en de Israëlische premier Netanyahu en Minister van Defensie Gallant, onafhankelijk hun werk kunnen (blijven) doen, nu er bericht wordt dat Israël de afgelopen maanden ook volop bezig is geweest met het belemmeren van het ICC en intimidatie van aanklager Khan?

Antwoord 3

Nederland is tegen iedere vorm van bedreiging en intimidatie van het Strafhof, zijn gekozen ambtsdragers en medewerkers. Het is van belang dat de organen van het Strafhof hun mandaat onafhankelijk – en zonder bedreigingen en intimidaties – kunnen uitvoeren. Deze verplichting geldt op basis van het Statuut van Rome voor iedere verdragspartij, maar daarnaast heeft Nederland als gastland ook een bijzondere verantwoordelijkheid op basis van het Zetelverdrag tussen het Internationaal Strafhof en het Gastland (Trb. 2007, 125).

Daar waar het de fysieke veiligheid betreft en het nodig wordt geacht op basis van actuele dreigingsinformatie, kunnen er in Nederland beveiligingsmaatregelen worden getroffen voor de medewerkers van het Internationaal Strafhof (ISH) en de personen die getuigen over de oorlogsmisdaden bij het Strafhof, in aanvulling op de eigen verantwoordelijkheid van de personen en de organisatie.

Zoals bij het antwoord op vraag 2 aangegeven, is er doorlopend contact met het ISH waarbij ook de verschillende veiligheidszorgen aan de orde komen. In algemene zin kan gezegd worden dat alle betrokken partijen rond het proces zich bewust zijn van de (digitale) risico’s en mogelijke dreigingen en daar waar nodig maatregelen te treffen. Uit veiligheidsoverwegingen kan er niet in detail worden getreden over de aard van deze besprekingen of de specifieke zaken die daar besproken worden, noch over de precieze invulling van beveiligingsmaatregelen.

Vraag 4 en 5

Gezien de nieuwsberichten waarin wordt gerefereerd aan een melding bij de Nederlandse autoriteiten door aanklager Bensouda nadat zij bij haar huis in Den Haag is opgezocht door twee mannen die vermoedelijk voor de Israëlische inlichtingendienst werken, hoeveel meldingen van pogingen tot intimidatie, omkoping, chantage en/of spionage door Israël of andere landen hebben de Nederlandse inlichtingendiensten dan wel politie ontvangen van het ICC, haar medewerkers, of (Palestijnse) ngo's en individuen die informatie aanleveren aan het ICC sinds 2015?

Is er op enig moment door Nederland een onderzoek ingesteld naar (vermeende) spionage- en intimidatieactiviteiten tegen het ICC? Zo ja, wat waren de uitkomsten? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4 en 5

Er kunnen uit veiligheidsoverwegingen geen uitspraken worden gedaan over individuele casussen. Wel kan in zijn algemeenheid gezegd worden dat ten aanzien van eventuele inmengingsactiviteiten van buitenlandse actoren, de betrokken ministeries in nauw contact staan met de opsporingsdiensten, inlichtingen- en veiligheidsdiensten om deze te onderkennen, te duiden en waar nodig en mogelijk maatregelen te treffen.

Vraag 6

Deelt u de mening dat Nederland als gastheer van het ICC een bijzondere verantwoordelijkheid heeft voor de bescherming van de medewerkers van het ICC en personen die (willen) getuigen over oorlogsmisdaden? Zo ja, op welke manier draagt Nederland concreet bij aan deze bescherming?

Antwoord 6

Zie het antwoord op vraag 3, dat eveneens van toepassing is op de medewerkers van het Internationaal Strafhof en de door het Strafhof als zodanig aangewezen getuigen.

Vraag 7

Deelt u de mening dat de praktijken zoals beschreven in The Guardian onacceptabel zijn en een ernstige inbreuk vormen van art. 70 van het Statuut van Rome, waarin de onafhankelijke werking van het Hof gegarandeerd moet worden? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 7

Het is bij alle onderzoeken en vervolgingen van het Strafhof van belang dat de organen van het Hof hun mandaat onafhankelijk – en zonder bedreigingen en intimidaties – kunnen uitvoeren. Of bepaalde praktijken kwalificeren als een ernstige inbreuk onder art. 70 van het Statuut van Rome, zal door een rechter van het Strafhof moeten worden beoordeeld.

Vraag 8

Hoe kijkt u naar de observatie dat Israël, op basis van via spionage verkregen getuigenissen bij het ICC, retroactief juridische onderzoeken start naar vermeende oorlogsmisdaden, zodat het ICC niet langer jurisdictie heeft om deze incidenten te betrekken bij haar onderzoek? Deelt u de mening dat dergelijke door Israël gestarte onderzoeken beogen om de onafhankelijke waarheidsvinding door het ICC en juridische aansprakelijkheid voor begane misdaden te ondermijnen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 8

Het ISH is een «court of last resort» dat slechts mag optreden als de bevoegde nationale autoriteiten de vermeende internationale misdrijven niet kunnen of niet willen onderzoeken en vervolgen. Deze complementariteit moet ambtshalve worden getoetst door de Aanklager en de rechters van het ISH en kan worden betwist door staten met rechtsmacht over de relevante internationale misdrijven die zelf ook onderzoek verrichten.

Uit de jurisprudentie blijkt dat het bij deze nationale onderzoeken echter wel moet gaan om onafhankelijke en onpartijdige gerechtelijke procedures en niet om schijnvertoningen die slechts tot doel hebben om verdachten af te schermen. Het is aan de organen van het Strafhof om te toetsen of daar sprake van is. De Nederlandse regering respecteert de onafhankelijkheid van de organen van het Strafhof en bemoeit zich daarom niet met deze inhoudelijke toetsing door het Hof.

Vraag 9

Hoe kijkt u naar de beschuldigen van het hacken en aftappen van de aanklager en de medewerkers van het ICC door Israël in het licht van de eerder geuite waarschuwingen van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid over de «afhankelijkheid van buitenlandse apparatuur», vanwege het risico op zogenaamde «backdoors» in de Nederlandse infrastructuur? Kunt u garanderen dat deze risico’s zijn afgedekt? Zo ja, op welke manier?

Antwoord 9

Nederland en het ISH spannen zich tot het uiterste in om het Hof veilig, ongestoord en onafhankelijk haar werk te kunnen laten doen. Cyberveiligheid krijgt daarbij uiteraard ook de nodige aandacht. Over precieze maatregelen kan het kabinet geen mededelingen doen.

Vraag 10

Beschikt u over informatie dat mensen bang zijn om bij het ICC te getuigen ten aanzien van Israëlische oorlogsmisdaden? Wat kan en gaat Nederland als gastheer van het ICC doen om getuigen in de uitoefening van hun recht om te getuigen te beschermen?

Antwoord 10

Zie het antwoord op de vragen 3 en 6.

Vraag 11

Hoe kijkt u nu terug op het besluit van de Israëlische regering Netanyahu om in oktober 2021 zes Palestijnse mensenrechten ngo's, waaronder Al-Haq, die zich bezighouden met de monitoring en rapportage van Israëlische misdaden in bezet Palestijns gebied, als «terreurorganisaties» te bestempelen?

Antwoord 11

Uw Kamer is hier reeds in 2022 van op de hoogte gesteld.3 Het kabinet gaat niet mee in het Israëlische besluit en oordeel om deze organisaties als terroristisch te bestempelen en beschouwt hen ook niet als zodanig. We nemen aantijgingen van terrorisme altijd serieus, maar er moet overtuigend bewijs aan ten grondslag liggen. De informatie die Nederland heeft ontvangen wordt als onvoldoende geacht.

Vraag 12

Hoe kijkt u in het licht van de alarmerende bevindingen van The Guardian naar de aantijgingen van Israël tegen UNRWA, die Israël ook heeft geuit zonder tot op heden serieus en betrouwbaar bewijs te presenteren?

Antwoord 12

De aantijgingen van The Guardian ten aanzien van de Israëlische inlichtingendiensten en de aantijgingen van Israël tegen UNRWA zijn twee aparte zaken, die ook als zodanig moeten worden behandeld.

Voor wat betreft de aantijgingen tegen UNRWA geldt dat Nederland alle partijen heeft opgeroepen om beschikbare informatie te delen met de onderzoeksteams. Het onderzoeksteam onder leiding van de voormalige Franse Minister van Buitenlandse Zaken, mevrouw Colonna, heeft conform diens mandaat onderzoek gedaan naar het integriteits- en neutraliteitsbeleid van UNRWA en aanbevelingen geformuleerd over de versterking van dit beleid. Het Colonna-rapport stelt dat door Israël geen nader bewijs is aangeleverd ter ondersteuning van de aantijgingen over betrokkenheid van UNRWA-personeel bij de aanslagen van 7 oktober 2023. Het andere onderzoek, dat wordt geleid door het onafhankelijke VN-onderzoeksorgaan OIOS en dat specifiek gericht is op de aantijgingen tegen twaalf UNRWA medewerkers van betrokkenheid bij de aanslagen van 7 oktober 2023 is nog gaande.

Vraag 13

Gaat u naar aanleiding van de bevindingen van The Guardian in overleg met het Internationaal Strafhof om als gastland de onafhankelijkheid en het functioneren van het Hof en de veiligheid van zijn medewerkers te waarborgen en bevorderen?

Antwoord 13

De relevante onderdelen van de Nederlandse overheid hebben continu en goed overleg met het ISH, waarbij alle relevante onderwerpen worden besproken.

Vraag 14

Gaat u de Israëlische ambassadeur ontbieden, om opheldering vragen en signaleren dat spionage- en intimidatiecampagnes op Nederlands grondgebied volkomen onacceptabel zijn?

Antwoord 14

De Israëlische ambassadeur is verzocht zich te melden op het Ministerie van Buitenlandse Zaken in verband met de aantijgingen in de artikelen in The Guardian en +972 Magazine. Dit gesprek heeft inmiddels plaatsgevonden, waarbij de Nederlandse zorgen over de berichtgeving zijn overgebracht.

Vraag 15

Heeft u aanwijzingen dat medewerkers van de Israëlische ambassade betrokken zijn bij spionage- en intimidatiecampagnes tegen het ICC? Zo ja, bent u bereid hen het land uit te zetten? Zo nee, kunt u uitleggen hoe de intimidatie van het ICC in ernst verschilt van de poging in 2018 van Rusland om het kantoor van de Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens (OPCW) in Den Haag te hacken?

Antwoord 15

Er kunnen uit veiligheidsoverwegingen geen uitspraken worden gedaan over individuele casussen. In zijn algemeenheid kan gezegd worden dat ten aanzien van eventuele inmengingsactiviteiten van buitenlandse actoren, de betrokken ministeries in nauw contact staan met de opsporingsdiensten en inlichtingen- en veiligheidsdiensten om deze te onderkennen, te duiden en waar nodig en mogelijk maatregelen te treffen.Het kabinet ziet dergelijke activiteiten als een vorm van ongewenste buitenlandse inmenging en vindt dit volstrekt onwenselijk. Zie verder het antwoord op vraag 14.

Vraag 16

Welke andere vervolgacties bent u op basis van de alarmerende bevindingen van The Guardian bereid te nemen en op welke termijn?

Antwoord 16

Zie het antwoord op vraag 3 en 14.

Vraag 17

Kunt u de vragen elk afzonderlijk beantwoorden binnen twee weken?

Antwoord 17

De vragen zijn zo spoedig mogelijk beantwoord.


X Noot
1

The Guardian, 28 mei 2024, Revealed: Israeli spy chief «threatened» ICC prosecutor over war crimes inquiry (https://www.theguardian.com/world/article/2024/may/28/israeli-spy-chief-icc-prosecutor-war-crimes-inquiry).

X Noot
2

The Guardian, 28 mei 2024, Spying, hacking and intimidation: Israel’s nine-year «war» on the ICC exposed (https://www.theguardian.com/world/article/2024/may/28/spying-hacking-intimidation-israel-war-icc-exposed).

X Noot
3

Kamerstukken II, 2021/22, 3124, Aanhangsel.

Naar boven

Disclaimer

De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.