Vragen van de leden Wilders en Markuszower (beiden PVV) aan de Minister-President over het bericht «Israelische ambassade dient klacht in bij Schiphol na incident met vrijgelaten gijzelaar» (ingezonden 8 april 2024).

Antwoord van Minister Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 7 mei 2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 1482.

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht over twee Israëlische vrouwen – waarvan er een eerder door Hamas werd gegijzeld – die vrijdag 5 april jongstleden zouden zijn «aangevallen, vernederd en/of gedegradeerd» op Schiphol door een veiligheidsmedewerker?1

Antwoord 1

Ja

Vraag 2 en 3

Kunt u aangeven of dit bericht klopt?

Indien dit bericht klopt, kunt u dan bevorderen dat de genoemde veiligheidsmedewerker wordt ontslagen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2 en 3

Ik ben net als u, erg geschrokken van de berichtgeving. Het is natuurlijk heel verdrietig als een kwetsbaar iemand zich opnieuw gekwetst en onheus bejegend voelt. Ik heb daarom bij de betrokken partijen navraag gedaan over wat er voorgevallen is. De Koninklijke Marechaussee geeft aan dat zij ter plaatse een bemiddelende rol heeft gespeeld.

Het gaat hier om het handelen van een medewerker in dienst van Schiphol. Omdat het een medewerker van Schiphol betreft, heeft het Ministerie van IenW geen zeggenschap over deze medewerker. Dat is aan de luchthaven. De luchthaven heeft als werkgever zelf actie ondernomen richting betrokkenen. Schiphol geeft bij navraag aan in persoonlijk contact via de ambassade excuses te hebben aangeboden.


X Noot
1

Telegraaf, 7 april 2024, «Israëlische ambassade dient klacht in bij Schiphol na incident met vrijgelaten gijzelaar» (https://www.telegraaf.nl/nieuws/245791096/israelische-ambassade-dient-klacht-in-bij-schiphol-na-incident-met-vrijgelaten-gijzelaar)

Naar boven

Disclaimer

De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.